“Muziek is
beweging, ritme, ontwikkeling in de tijd, maar ook spanning. Drie
bassisten naast elkaar hebben een andere motoriek dan een rij blazers,
die natuurlijk onderling ook weer enorm verschillen.” Ine Ophof
fotografeert jazz-musici, legt de wisselwerkingen vast tussen de muziek,
de muzikanten en haarzelf. Het gaat haar om de registratie van de
muzikale ervaring. Door een langere belichting vangt zij performers en
instrumenten in vloeiende lijnen, dansende kleuren en lichtexplosies.
Soms maakt ze zelf ook “zwiepers”, bewegingen waardoor het lijkt alsof de
beelden voorbijflitsen, als in een oogopslag. Ine presenteert het
tegendeel van het dwingende kijken waar met name fotografie moeilijk aan
ontsnapt. Ze trekt de waarneming uiteen. “Ik speel met mijn kamera zoals
de musici met hun instrumenten. Deze manier van fotograferen is voor mij
dan ook helemaal verbonden met deze geïmproviseerde muziek, soms
fantastisch, soms botsend, soms scheef of binnenste buiten.” De
komposities zijn opgebouwd uit bewegingen van vingers, armen,
instrumenten, licht en kleur. Ze maken soms weer deel uit van sekwenties,
beeldenreeksen die tijdens één sessie zijn gemaakt, zodoende weer een
indruk gevend van een chronologische tijdsontwikkeling. Af en toe zijn er
musici herkenbaar, zoals Sean Bergin in een wervelwind van koper, of
Tobias Delius en Ab baars, half zichtbaar verweven in een bijna vloeibaar
groepsportret. Het zijn visuele interacties met de muziek, foto's uit het
Bimhuis maar met name uit Zaal 100. De opening van deze bijzondere
tentoonstelling gaat daarom ook vooraf aan de wekelijkse jazz-avond
aldaar.